Vroeg in de ochtend kwamen we aan bij het huis van Lucky. Haar moeder kwam ons begroeten, haar vader was overleden en zij was al op weg naar de waterput. Haar welkom stond in schril contrast met de omgeving. Haar huis was een kale, stenen samenraapsel van afgeleefde, donkere kamers waarvan hun invulling leek te wringen met hun oorspronkelijk doel. We werden geleid naar een eenzame zetel waarvoor ze zich uitgebreid verontschuldigde: enkel het houten frame bleef over en we moesten mikken om niet tussen de houten latten terecht te komen. Veel tijd voor gezelligheid was er wel niet, er moest nog veel gebeuren en zoals elke ochtend was de tijd beperkt. De koer moest geveegd, de vaat gedaan, water gehaald, misschien een snel ontbijt… Lucky was zoals altijd opgestaan om 5 uur ’s nachts om als een wervelwind door haar taken te vliegen om er voor te zorgen dat ze op tijd naar school kon vertrekken.
Ook al paste het eigenlijk niet in hun ritueel, toch maken ze tijd voor ons. Ook al hebben ze het meer dan krap, toch zorgden ze ervoor dat we een schotel verse groundnuts hadden als ontbijt. Ook al zag je de schrik in haar ogen om te laat te komen op school, toch praatten ze met ons en beantwoordden ze al onze vragen. Geven tot je niets meer kan geven, zelfs al heb je bijna niets, zelfs al kost je dat meer dan je je kan permitteren.
Dit is het begin van een dag uit het leven van Lucky. Onvoorstelbaar, maar het is een doorslag van een ochtend van elk kind in Oeganda. Lucky en Sandra zijn wel kinderen die een streepje geluk hebben: zij kunnen naar school. De meeste kinderen moeten immers de hele dag hun bestaan bij elkaar schrapen, school is een luxe die zij zich niet kunnen veroorloven. Sandra, het andere meisje dat we volgden tijdens haar dagelijks ritueel, heeft niet meer kansen die ze kan grijpen.
Je kan je de warmte niet voorstellen die het geeft om Lucky en Sandra een fiets te geven. Nu moeten ze niet meer zo vroeg opstaan, hoeven ze niet meer op hun blote voeten naar school. Alles wat ze te voet deden, kunnen ze nu op de helft van de tijd klaren. Een fiets betekent voor hen een onwezenlijke sprong. Zij kunnen nu blijven werken aan hun toekomst, maar dan een paar versnellingen hoger.
Haar gaat rechtstaan, ogen worden ongelovig als we terugdenken aan Lucky en Sandra. Hoe ze liepen, werkten, zeulden,… Hoe we hen amper konden bijhouden op weg naar school. Hoe ze in hun gejaagdheid tijd namen om ons mee te nemen. En hoewel hun leven ontiegelijk hard is, oneerlijk en onrechtvaardig in al zijn hoeken, blijven ze bij dat alles steeds warm lachen. Een lach vol vertrouwen dat als ze maar blijven werken, zich blijven inspannen, dat hun leven dan ooit eens in hun voordeel zal draaien. Dat ze ooit eens gewoon lucky zijn.
We kunnen Lucky en Sandra niet meer lossen, ze plakken aan onze ribben. Dankzij CooP-Africa kunnen we hen blijven volgen en zullen we op de hoogte blijven van hoe zij dankzij de fiets kansen kunnen grijpen. We houden jullie de komende jaren op de hoogte in onze blog.